In 1937 verschijnt de eerste sportfiets in het assortiment (1 à 2 jaar later dan bij de concurrentie). Dit model SH (Sport Heren, eerst alleen leverbaar als herenmodel) had een kortere wielbasis, smallere wielen en spatborden, een open kettingscherm en werd standaard in de kleur Fongers grijs geleverd. Kortom, een geheel andere fiets dan het gangbare toermodel. Tot 1956 zijn ca. 700 van deze vroege sportfietsen geleverd. Merken als Magneet, Locomotief en Durabo legden zich eind jaren ’30 op dit soort sportieve modellen toe. Voor Fongers leek het meer een verplicht nummer, omdat alle concurrenten een dergelijke fiets in hun pakket opnamen vanaf 1935.
Als geheel voer Fongers een behoudende koers in zijn modellenbeleid. Als een van de weinige grote merken had men geen kruisframefiets in de jaren ’30. Met de introductie van een nieuw model tandem (die eerder rond 1900 geleverd werd) liep men in 1937 evenmin voorop.
Vanaf 1931 zijn voor het eerst sinds lange jaren weer kinderfietsen leverbaar. In 1937 introduceerde men het zogenaamde verkeersrijwiel. De bracket van deze fietsen lag enkele centimeters lager dan gebruikelijk, waardoor de berijder makkelijker de voeten aan de grond kon zetten. In 1939 komt Fongers met het nevenmerk Pionier op de markt. Deze fiets verschilt op veel onderdelen van het Fongers fabricaat en is bedoeld voor een lager marktsegment.
Rond 1935 zijn de prijzen van de fietsen in Nederland op hun dieptepunt. Een merkloze herenfiets is al vanaf 20 gulden te verkrijgen, het goedkoopste Fongers model (HHE) gaat voor 35 gulden over de toonbank.